Als we de reisgidsen mogen geloven, betekent Oost-Canada: verblijven in blokhutten aan het water, kanoën op ongerepte rivieren, vissen in kristalheldere wateren, kamperen in nationale parken en het tegen zwarte beren beveiligen van proviand. Que faire? Er een jaartje gaan wonen om uit te zoeken of al die clichés wel kloppen! Onze thuishaven wordt Montréal, waar zomers heet zijn en winters barkoud. Draai je uurwerk zes uur achteruit, drink een tas ahornsiroop en reis met ons mee op deze blog.. Een reactie nalaten kan via seynhaeveseel@gmail.com of demeulemeester.jelle@gmail.com.

maandag 14 mei 2012

Bezoek van oma en opa Sneppestraat


Klik hier om het volledige album te bekijken.
Terwijl de kinderen van de Inuit nog met de sneeuwscooter naar school worden gebracht, kunnen we in Montreal al van vroege zomerdagen genieten. Bart en Marleen lieten het zich alvast welgevallen en genoten de voorbije drie weken van een deugddoende vakantie in Oost-Canada.

Geen enkel ander land wordt alleen al bij het noemen van de naam spontaner in verband gebracht met het ideaalbeeld van ongerepte natuur, reusachtige meren, woeste rivieren en eindeloze bossen. Tel daarbij een kennismaking met je allereerste kleinkind en dan weet je waarom Bart ondanks de zweetpollekes toch met een brede glimlach van het vliegtuig stapte.

Het vertroetelen van kleine Mona stond uiteraard bovenaan hun must-do lijstje, maar ze namen ook uitgebreid de tijd om kennis te maken met onze tweede thuis. Zo lieten ze zich dopen onder het water van de Niagara Falls, voelden ze zich klein duimpje in Toronto, kwamen ze ogen te kort tijdens hun rit door de Thousand Islands, spanden ze hun kuiten bij een klim in PN Mont Tremblant en zorgde de zon voor een verbrande snoet in PN Mont Orford.

Tijdens het allereerste zomerse weekend – met temperaturen tot 27C – trokken we ook even met zn vijven op pad. Een prachtige route bracht ons naar PN de la Mauricie waar we betoverd werden door de ontluikende lente. Dat het park omschreven wordt als een waar kajakparadijs is niet overdreven. Het natuurpark telt maar liefst 150 meren die via adembenemende wandelpaden met elkaar verbonden zijn. Jelle had zich maar al te graag aan een eerste plonsje gewaagd, maar daarvoor was het water jammer genoeg nog net iets te koud. Een missie die hij met onze volgende bezoekers ongetwijfeld tot een goed einde zal brengen...







Blogarchief